

Voor theorie begonnen we natuurlijk de eerste les met een introductie aan de hand van werk dat we vet vonden. ik had meegenomen het werk rivierbed door Olafur Eliasson. een werk dat mij is bijgebleven nadat ik het 9 jaar geleden zag in Louisiana in Denemarken. de natuur ervaring in een kamer. nog steeds waanzinnig. we hadden een nieuwe docent dus iedereen was er bij. we begonnen met veel motivatie. we bespraken de theorie van Walter benjamin. Het voelt als een logische theorie. De aura wordt beïnvloed door hoeveel werk ergens achter zit en wat er met het werk is gebeurd. dit alles kan natuurlijk meer of minder geschiedenis geven aan het werk. in mijn ogen is dat altijd te zien. waneer er met passie en liefde gewerkt is. Ik vind het een mooie theorie en ik sta er dan ook wel grotendeels achter. Het was superleuk films te mogen kijken voor theorie. Toen we grizzlyman moesten kijken. Heb ik die dezelfde dag nog aangezet en ik heb daar (ik zal de foto’s hier onder zetten) onwijs veel aantekeningen bij gemaakt en over nagedacht. Het is super interessant om vanuit een theorie naar een werk te kijken. Dat had ik nog nooit echt eerder gedaan. Zo viel op hoe bijvoorbeeld archiefbeelden invloed zouden kunnen hebben op de aura of hoe de eigen mening van de regisseur doorsijpelt in de film en hoe dat dan invloed kan hebben op de aura. Van het werk sowieso was het interessant hoe benjamin keek naar digitalisering. Zijn theorie is opnieuw logisch, en de reproduceerbaarheid zou begrijpelijk een grote invloed hebben op een gevoel van het werk. toevallig merkte ik dit afgelopen week op de expositie van Ann goldin. zij verzocht iedereen geen foto's te maken en alles daar in het moment te ervaren. haar werk is online niet te vinden. deze ervaring voelde hier door veel specialer. een exclusieve ervaring die me omdat ik zo in het moment was langer zal bij blijven.




na het uitbundig behandelen van meneer benjamin en zijn ideeën ging we veder met weer een nieuwe theorie. een nieuwe docent en nieuwe opdrachten. we bespraken wat een image was. dit was lastig te bevatten. maar het kwam neer op. kunst kan je tentoonstellen, het heeft geschiedenis maakt niet uit wat het is, sculptuur, foto het kan worden geclassificeerd en gedateerd etc. een beeld of image daar in tegen gaat veder dan fysieke aanwezigheid het kan ook in je hoofd zijn. het kan in van alles zitten alleen jij kan het zien of iedereen. zo luide de uitleg van Hans Belting. op basis van deze theorie moesten we een werk uitzoeken en hier met belting in ons achterhoofd over schrijven.
ik koos de film worry will vanish van pipilotti. ze speelde daar met beelden. door de titel creëert ze een verwachting en bij de vreemde beelden krijg je een beeld je lichaam dat onbekend is. zo gebruikt ze het beeld van het menselijk lichaam dat al bestaat en probeert zo onrust te zaaien. maar door geruststellende muziek en een zacht overvloeiende montage stelt ze je gerust. naarmate je meer van de beelden gaat herkennen en gewend raakt aan wat je ziet ga je meer ontspannen. althans naar mijn ervaring. ook de positie waarin ze de kijker brengt op de grond met een zit zak is bedoelt om de kijker te laten ontspannen. het werk bied even een toevlucht uit je gedachten.




in het thema onderzoek de waarheid keken we de controversiële docu Stranger in Paradise. hier in speelt de regisseur met de waarheid door een acteur voor een klas te zetten met vluchtelingen. hij speelt die verschillende rollen. het feit dat er een acteur de hoofdrol speelt in een documentaire is al spelen met de waarheid. de verhalen die gehanteerd worden van de vluchtelingen zijn echter wel waar. de documentaire roept veel vragen op over ethische verantwoording richting de deelnemers. in hoe veren begrijpen zij dat dit alles nep is, of op zijn minst een voorbeeld? het was een indrukwekkende documentaire. maar eigelijk vooral vanwege de manier waarop er is omgegaan met de deelnemers. wat de boodschap voor mij een beetje ondersneeuwde. misschien had ik gewoon niet willen weten dat het een acteur is.
in de les waar we deze film bespraken gingen we ook in op ai, door middel van een presentatie. het was erg interessant. ik vind het nog steeds een lastig onderwerp. zelf gebruik ik het graag als hulp middel om soms wat ideeën te laten controleren of extra informatie te krijgen. maar er echt iets mee maken, voelt voor mij raar. dan verlies ik mijn maker schap. tenminste dat voelt gewoon zo, erg makkelijk.
in de laatste theorie les gingen we nog een keer over de theorie van Trinh T. Minh-ha. we hadden hier een opdracht over gekregen. om een werk uit te zoeken waar de leegte een rol speelde. of het weg laten van iets om het zo in beeld te brengen. ik koos voor twee werken van Tamara Dees. deze had ik in de les niet oprijd gevonden meer heb ik achterfa toch maar toegevoegd om de opdracht in te halen. Tamara haar vader was veel afwezig. hij was vaak op zee. dit is terug te zien in haar werk doordat ze de schepen uit gevonden schilderijen zaagde. er is een leegte op de plek waar het schip hoort te zijn. dit gemist op de zee symboliseert haar ontbrekende vader.


research book
nou om te beginnen kon ik eigelijk niets kiezen waar over ik het zou doen. ik begon met een lijst maken met vragen en interesse die ik had. ik had heel wat vragen. en ik had dus ook weer heel wat keuzes. altijd fijn (niet). gelukkig heb ik klasgenoten. na heel wat sparren. kwam ik uit op verhalen. ik heb altijd al een fascinatie met verhalen gehad, was het geschiedenis, mythe of sprookjes. onder het thema onderzoek de waarheid ging ik er in met een zoek tocht richting de werkelijkheid achter sprookjes. wat is nou het geheim achter al deze verhalen? wie zit er achter en wat heeft ze geïnspireerd? hoe ver licht de fantasie van de werkelijkheid af? met deze vragen ging ik op onderzoek uit. ik ging alle boeken af die uit mijn kindertijd waren bij gebleven. zo wou ik ook onderzoek doen naar hoe zij mijn smaak gevormd hebben, als het waren werken aan mijn artistieke familie.
mijn lijst met eventuele onderwerpen
in de zomer vakantie was ik met vrienden verhalen gaan vertellen. ik was zo weer terug gekomen op mijn fascinatie voor mythe. hier wou ik graag nog iets mee doen. dit was een van de redenen dat ik uiteindelijk hier mee ben gaan werken. maar alles dat ik wist was ik wil iets doen met sprookjes en mythe. nu moest ik nog een vraag hebben. eerst ging ik af op het verfilmen van een verhaal. ik keek naar boek verfilmingen, ging naar een workshop op het Nederlands film festival over lampje, ging alle kinderboeken af die ik had gelezen, alle mythes en sprookjes. welke zou ik willen verfilmen. ik haalde xplora leeg met artikelen over het odyssee verhaal door homerus. maar het voelde zo ambitieus en ik kon geen scene kiezen. Ik ben gewoon niet zo goed met keuzes. ik besprak het met klasgenoten. in deze gesprekken kwam naar voren wat ik eigelijk wilde. Ik wil eigelijk zelf iets schrijven. maar hoe? dit werd mijn vraag. in combinatie met het thema, onderzoek de waarheid. waar ik dus ging kijken naar de waarheid achter deze fantasie verhalen. ik dacht als ik begrijp waar het allemaal vandaan komt. die verhalen die ik zo leuk vind. dan heb ik een vertrek punt. maar het was uiteindelijk vooral mijn nieuwsgierigheid naar deze schrijvers en hun leven die me gemotiveerd hield. zo interssant om te lezen wat zij doormaakten en terug te zien in hun verhalen, wat ze voelden, zagen en ervaarden. het voelde alleen zo makkelijk. een verhaal achterhalen, en het ergens naast leggen. ik wou van verschillende landen, mensen hebben. verschillende culturen en tijds periodes. zo had ik over al iets. maar iedereen schreef eigelijk het zelfde. vanuit zichzelf en de fantasie die zij ontwikkeld hebben in die oh zo interessante levens. ik zou bijna alle schrijvers af kunnen gaan denk ik en de zelfde strategie kunnen opschrijven.





herkansing
voor het herkansen moest ik mijn inleiding en samenvattingen uitbreiden, meer context geven rond mijn motieven en een wetenschappelijke bron toevoegen. het eerste wat ik heb gedaan is mezelf opnieuw de vraag stellen waarom sprookjes? nee trouwens dat is niet waar. als eerst ging op zoek naar een wetenschappelijk artikel rond fantasie. maar na twee uur had ik nog geen artikel waar ik helemaal tevreden mee was. Toen ging ik mezelf ondervragen over sprookjes. Vooral waarom ik dit gekozen had. ik kwam tot de conclusie dat ik meerdere connecties heb. maar vooral angst. angst om mijn fantasie kwijt te raken. beetje de peter pan in mij die voor altijd jong wil blijven. in sprookjes en fantasie verhalen zie ik mijn jeugd terug. waar ik in verzonnen wereld door het bos ren. als ik kijk naar wat de verhalen me geleerd hebben. dan gun ik dit iedereen, ik denk dat we niet beseffen hoe belangrijk deze verhalen eigelijk zijn. dit is waarom ik ze wil maken. waarom ik ze wil vertellen. nouja dat schreef ik dan ook op in mijn nieuwe inleiding. ik ging op deze manier ook elke bron af en ging dieper in op mijn persoonlijke connectie met de bron en waarom deze dus in de lijst stond. vanwege de betekenis van de schrijver en het verhaal voor mij. op wetenschappelijk vlak ging ik dus vooral opzoek naar bronnen die dit stand punt van mij ondersteunde. die bevestigde hoe belangrijk fantasie is en wat de verhalen kunnen doen. ik vond het mega lastig te oordelen wat een goede wetenschappelijke bron zou zijn. het viel me op dat alle onderzoeken die ik tegen kwam rond jongeren en hun ontwikkeling gedaan waren. wat logisch is, alleen vraag ik me af of bij volwassenen de verandering van omgeving en leven ook effect heeft. ik vraag me dan af of fantasie nog een zekere invloed heeft. bij mij in vedergeval wel. misschien een interssant onderwerp om veder naar te kijken. tot slot heb ik mijn conclusie opnieuw geschreven. hier schreef ik al deze bevindingen op. ook had ik het over het zoeken naar de bronnen en wat ik tegen kwam. het onderzoeken boek voelt nu wel al een stuk persoonlijker. misschien zou ik nog kritischer kunnen kijken naar mijn keuzes in bronnen en door kunnen zoeken naar meer bronnen om mezelf te ondersteunen in mijn uitspraak. maar daar is de tijd er niet meer voor. het voelde een beetje als een onderzoek naar mezelf. ik merk al dit hele jaar dat ik vast loop in mijn interesse, want ik maak, waarom ik het maak en waar ik me nou echt in wil verdiepen. ook hier vond ik dat lastig en was ik door dit gepieker af en toe mijn motivatie kwijt. dan dook ik weg in andere opdrachten en liet ik dit links liggen. ik ben vooral erg blij daarom met hoe ik nu iets dieper ben gegaan. ik denk dat ik nog veder kan. vooral in het gebruik van fantasie tegen over mijn eigen onzekerheden en mentale gezondheid. dit is ook iets wat ik veder zou willen verkennen.







